Victron Quattro-II 48/5000/70-50 230V

De Quattro-II kan worden aangesloten op twee onafhankelijke wisselstroombronnen, zoals een walstroomaansluiting en een generator, of op twee generatoren. De hoofduitgang zorgt voor een ononderbroken werking. Bij een stroomuitval of wanneer de verbinding met walstroom of generatorstroom wordt onderbroken, neemt de Quattro-II de voeding van de aangesloten verbruikers over. De omschakeling gebeurt zo snel (in minder dan 20 milliseconden) dat een ononderbroken werking van computers en andere elektronische apparaten is gegarandeerd. De tweede uitgang levert alleen stroom als op een van de ingangen van de Quattro wisselstroom beschikbaar is. Verbruikers die de accu niet mogen ontladen, zoals een boiler, kunnen op deze uitgang worden aangesloten.

De Quattro-II is in staat om een zeer hoge laadstroom te leveren. Dit betekent een zware belasting voor de wisselstroomvoorziening of de generator. Daarom kan er een maximale stroom worden ingesteld. De Quattro-II houdt dan rekening met het reeds aanwezige verbruik en gebruikt alleen de 'overtollige' stroom voor het laden van de accu. De wisselstroomingang AC-in-1, waarop meestal een stroomaggregaat is aangesloten, kan op een vaste maximumwaarde worden ingesteld, zodat het aggregaat nooit overbelast raakt. - De wisselstroomingang AC-in-2 kan eveneens op een vaste maximale waarde worden ingesteld. Bij mobiele toepassingen (boten, voertuigen) wordt echter meestal een variabele instelling met het Multi Control Panel gebruikt. Zo kan de maximale walstroom eenvoudig worden aangepast aan de beschikbare waarden.

Met deze functie krijgt het PowerControl-principe een nieuwe dimensie, omdat de Quattro-II een te zwakke alternatieve bron kan ondersteunen. Piekbelastingen komen vaak slechts gedurende een beperkte tijd voor. In zo'n geval zorgt de Quattro-II ervoor dat een te zwakke net- of generatorcapaciteit direct wordt gecompenseerd door energie uit de batterij. Wordt de belasting verminderd, d.w.z. worden verbruikers uitgeschakeld, dan kan de dan weer voldoende beschikbare energie worden gebruikt om de batterijen op te laden.

Wanneer de Quattro-II wordt gebruikt in een configuratie waarbij energie aan het elektriciteitsnet wordt teruggeleverd, is het noodzakelijk om de naleving van de netcode mogelijk te maken door met het VEConfigure-tool de juiste landinstelling voor de netcode te selecteren. Nadat de relevante aansluitvoorwaarden zijn ingesteld, kunnen deze of afzonderlijke parameters daarvan alleen nog met een wachtwoord worden gedeactiveerd of gewijzigd. Als de lokale netcode niet door de Quattro-II wordt ondersteund, dient een extern gecertificeerd interfaceapparaat te worden gebruikt om de Quattro-II op het elektriciteitsnet aan te sluiten. De Quattro-II kan ook worden gebruikt als een tweezijdige, netonafhankelijke omvormer die wordt geïntegreerd in een klant specifiek systeem (PLC of andere) dat de regelkring en de netmeting overneemt.

Installeer een Cerbo GX of een ander GX-product om verbinding te maken met het internet.