10 gebruiksaanwijzingen voor bootbatterijen
De juiste omgang met batterijen is op het eerste gezicht een kunst op zich. Er zijn veel belangrijke punten om rekening mee te houden, zodat uw batterijsysteem zo lang mogelijk meegaat. Bij onjuist gebruik kan het systeem al na één seizoen aanzienlijk aan prestaties verliezen.
Om dit te voorkomen, laten we u de belangrijkste tips zien die u moet weten bij het omgaan met batterijen. U zult zien dat de meeste punten fundamenteel zijn en dat u al bij de aankoop van goed compatibele componenten veel risico's kunt vermijden.
- Let op de veiligheidsinstructies van de fabrikanten!
- Zorg ervoor dat u een geschikt oplader gebruikt om de batterij op te laden.
- Laad de batterij zo snel mogelijk na gebruik weer op.
- Zorg ervoor dat uw lithium-ion batterij beschermd is door een BMS!
- Let op een geschikte installatieplaats of een veilige stand voor uw batterij.
- Gebruik alleen geschikte kabels voor de verbinding en breng deze zorgvuldig aan.
- Voer zo regelmatig mogelijk een laadbalans uit tussen de meerdere batterijen, als u een schakeling van meerdere batterijen gebruikt.
- Gebruik bij voorkeur alleen batterijen van hetzelfde model, leeftijd en laadstatus in een batterijconfiguratie.
- Let op de juiste opslag en overwintering van uw batterij.
- Controleer regelmatig de specificaties van uw batterij.
Veiligheidsinstructies voor batterijen
De veiligheids- en gebruiksinstructies moeten natuurlijk altijd in acht worden genomen. Dit is niet alleen belangrijk voor uw eigen veiligheid, maar ook voor de veiligheid van anderen. Bij onjuist gebruik kan het zijn dat u geen of slechts beperkte garantieclaims tegenover de fabrikant heeft.
U vindt de instructies en voorwaarden op de afzonderlijke detailpagina's van de batterijen.
Geschikt oplader
Gebruik alleen opladers die geschikt zijn voor uw batterij en de bijbehorende aansluiting. Als een stroomaansluiting in de haven daar niet voor is ontworpen, komt de zekering. Als u lithium-ionbatterijen met het verkeerde apparaat oplaadt, kan dit leiden tot capaciteitsverlies!
Veel gevaarlijker is het echter als u een loodaccu verkeerd oplaadt. Bij te hoge laadstromen kan de accu sterk oververhitten en ontstaat er meer waterstof in de accu. Dit leidt in extreme gevallen tot een hoog brand- en explosiegevaar, afgezien van het capaciteitsverlies van de accu.
U moet uw batterij zo snel mogelijk na gebruik weer opladen.
Tijdige oplading
Lithium-ionenbatterijen kunnen geen langdurige diepe ontlading verdragen, omdat de batterijcellen daardoor onherstelbaar beschadigd kunnen worden. Daarom zijn de lithium-ionbatterijen ook door een BMS tegen diepe ontlading beschermd. Het BMS zorgt ervoor dat er altijd een beetje restenergie in de batterij blijft, zodat u aan de veilige kant bent.
Wacht niet meerdere weken of zelfs maanden in een diep ontladen toestand (meer dan 90% ontlading), anders kan er mogelijk een capaciteitsverlies optreden. AGM-batterijen kunt u gerust helemaal vol opladen. De lithiumbatterijen voelen zich tussen 50 en 80% laadniveau prettig.
BMS
Lithium-ionenbatterijen moeten in elk geval worden beschermd door een batterijbeheersysteem (BMS), omdat ze anders snel aan capaciteit verliezen of veiligheidsrisico's ontstaan. Bij de door ons aanbevolen batterijen is altijd een BMS geïntegreerd.
Standaardfuncties van een BMS zijn:
-
-
Kurzschlusbeveiliging
-
Historische registratie (belangrijk voor garantie)
-
Diepontladingbescherming
-
Balanceren van de cellen
-
-
Lastbeperking tegen hoge stromen
-
Communicatie tussen batterijcellen en boordcomputer
Lithium-ionen cellen zijn bijzonder kwetsbaar voor over- en diepontlading. Wanneer het door de fabrikant opgegeven spanningsbereik wordt overschreden, kan dit zeer snel leiden tot totale uitval van de individuele cel. Door een diepontlading van een cel onder bijvoorbeeld 1,5 V ontstaan er koperbruggen. Bij een nieuwe lading leiden deze tot een kortsluiting en dus tot de vernietiging van de cel.
Een andere belangrijke functie van het BMS is het balanceren van de celspanningen. Een temperatuurmonitoring en een belastingbeperking zorgen ervoor dat de stroom in geval van nood wordt onderbroken. De batterij kan zo geen schade oplopen en gevaren, zoals branden of explosies, worden voorkomen.
Geschikte kabel
De kabels moeten een voldoende grote doorsnede hebben voor de toepassing. Het is het beste om kabels rechtstreeks van de motor-/batterijfabrikant te gebruiken. Deze zouden doorgaans bij de levering inbegrepen moeten zijn. Uiteraard moet u geen beschadigde kabels gebruiken.
Verder is het belangrijk dat u kabels met dezelfde doorsnede en identieke lengte gebruikt, vooral bij een parallelle aansluiting. Verschillende kabels hebben invloed op de weerstand, wat kan leiden tot een verkorte levensduur of lagere capaciteit.
Opslag en overwintering van batterijen
AGM-, gel- en lithium-ionbatterijen kunnen doorgaans in de boot overwinteren, omdat de koude temperaturen in Duitsland hen niet schaden. Alleen onder -20 °C kunnen de batterijen schade oplopen, omdat op een gegeven moment de elektrolyten bevriezen.
Batterijen verdragen geen constante hitte. Lage temperaturen zijn daarentegen goed geschikt, zolang ze boven -20°C blijven, omdat de zelfontlading daardoor vermindert.
Opslag van AGM- en gelbatterijen
Bewaar loodaccu's bij voorkeur in een volle laadstatus.
AGM- en gelbatterijen moeten bij voorkeur in volledig opgeladen toestand worden opgeslagen. U moet de batterijen altijd loskoppelen en, indien mogelijk, aansluiten op een oplader met onderhoudsoplaadfunctie. De batterij wordt zo op regelmatige tijdstippen weer volledig opgeladen.
Als dit niet mogelijk is, is het aan te raden om na 2-3 maanden de laadstatus van de batterij te controleren en indien nodig op te laden. Let daarbij het beste op de aanbevolen ontlaadspanning van de fabrikant. Als de ontlading slechts gering is, kan in de toekomst worden afgezien van controle of kunnen de intervallen tussen de controles worden verlengd.
Opslag van lithium-ionbatterijen
Bewaar lithium-ionbatterijen bij voorkeur niet in een volle laadstatus. 50-80% is ideaal.
Lithium-ionenbatterijen moeten bij voorkeur niet in volledig opgeladen toestand worden opgeslagen. Het beste is een laadniveau van 50 – 80 %. Ook lithium-ionenbatterijen moeten worden losgekoppeld, maar mogen in geen geval op een oplader met onderhoudsoplaadfunctie worden aangesloten.
Vanwege de zeer lage zelfontlading per maand zou de batterij de hele winter moeten overleven. U kunt echter na een paar maanden het laadniveau van uw batterij controleren om een diepe ontlading te voorkomen. Houd daarbij het beste rekening met de aanbevolen ontlaadspanning van de fabrikant.
Als de temperaturen onder de -20° C liggen, moet de batterij indien mogelijk van boord worden gehaald, omdat de elektrolyten kunnen bevriezen.
-
Laad- en ontlaadstromen
-
Laadstatus van de batterij
-
Temperatuur van de batterij tijdens het opladen en in gebruik
-
Spanning van de batterij tijdens het opladen en in gebruik
Laadstatus
Een indicator op de motor of een aparte batter monitor toont u de laadstatus van de batterij aan. De waarden worden gemeten via de spanning en zijn voldoende, ook al zijn ze soms iets onnauwkeurig. De monitors zijn afhankelijk van de fabrikant en het model zelfs in de batterij of in de elektromotor geïntegreerd.
U als gebruiker heeft het voordeel dat u veel veiliger kunt rijden. Geen onzekerheid over de huidige batterijstatus en geen onverwacht stilvallen.
Spanning van de batterij
De spanning is waarschijnlijk de belangrijkste maatstaf van een batterij. Aan de hand van de spanning kan de laadstatus worden bepaald. Wanneer de batterij volledig is opgeladen, ligt de meetbare spanning boven de nominale spanning, namelijk bij de laadstopspanning. Wanneer de batterij 'leeg' is, is er alleen nog de ontlaadstopspanning.
De monitoring van de spanning van een batterij en de monitoring van de laadstatus staan altijd in nauw verband.
Als een batterij te diep wordt ontladen of te veel wordt opgeladen, is dit schadelijk voor de batterij.
Laad- en ontlaadstroom
De laadstroom wordt door de oplader geregeld. Veel opladers bieden de mogelijkheid om de huidige laadstroom weer te geven. Aan de hand van de laadstroom en de laadspanning kan ook het laadvermogen worden bepaald (V*Ah = Wh). Hoe hoger de laadstroom, hoe hoger ook het laadvermogen en de laadsnelheid van de batterij.
U moet er altijd op letten dat de batterij de laadstroom ook aankan. Als dat niet het geval is, kan dit leiden tot capaciteitsverlies tot zelfs de vernietiging van de batterij. Hetzelfde geldt voor de ontlaadstroom. Deze kan ofwel direct bij de verbruiker worden gecontroleerd, of met behulp van een shunt en een batterijbewaker of boordcomputer.
Resttijd
De resttijd kan relatief eenvoudig worden berekend. Als u het huidige stroomverbruik meet en de resterende capaciteit van de batterij kent, kunt u de resttijd berekenen met een eenvoudige verhouding. De resterende actieradius kan ook worden berekend op basis van de huidige snelheid en de resttijd.
Temperatuur tijdens het opladen
De temperatuur mag tijdens het opladen een bepaalde waarde (ongeveer 55 ° C) niet overschrijden, om te voorkomen dat de batterij beschadigd raakt. Het gevaar doet zich meestal alleen voor bij snelladers of wanneer de laadstromen te hoog zijn voor de batterij of de omgevingstemperatuur zeer hoog is.
Temperatuur van de batterij in gebruik
De temperatuur van de batterij in gebruik mag ook niet te hoog of te laag zijn. Ideaal is een temperatuur van 20° C. Bij sommige lithium-ionbatterijen biedt het BMS een oververhittingsbeveiliging. Bij overschrijding van de temperatuur worden de spanningsuitgangen uitgeschakeld en wordt een foutsignaal weergegeven. De batterij kan pas weer in gebruik worden genomen wanneer een niet-kritische batterijtemperatuur is bereikt. Hetzelfde geldt voor een te lage temperatuur.
AGM- en gelbatterijen hebben dit eigenlijk nooit geïntegreerd. U kunt dit natuurlijk uitbreiden met een temperatuursensor en een schakeling voor automatische uitschakeling bij het bereiken van een kritische temperatuur.
Informatie voor het opzetten van een eigen batterijbank
Ladingbalans
Wanneer meerdere batterijen in serie of parallel worden geschakeld, moet ervoor worden gezorgd dat de spanning of de capaciteit in de afzonderlijke batterijen gelijk blijft. Verder moeten alleen dezelfde batterijmodellen voor een schakeling worden gebruikt.
Bij verschillende batterijen kan dit snel tot problemen leiden, afhankelijk van hoe sterk de batterijen van elkaar verschillen. In elk geval zal de levensduur van de batterijen echter afnemen.
Gebruik van dezelfde batterijen bij het opzetten van een schakeling
Gebruik bij voorkeur alleen batterijen van hetzelfde model, leeftijd en laadstatus. In alle genoemde gevallen kan het leiden tot aanzienlijke capaciteits- en levensduurverliezen, afhankelijk van hoe groot de verschillen tussen de batterijen zijn.
De oorzaak is dat batterijen verschillend worden belast. Als u op veilig wilt spelen, moet u hier geen experimenten aangaan.
Uw voordelen met greenboatsolutions
U vergelijkt bijna 600 verschillende E-motoren.
U heeft meer dan 30 fabrikanten in het overzicht.